Deelnemers, toeschouwers en andere betrokkenen toonden zich zaterdag enthousiast over de wijze waarop AWV De Zwaluwen het Lõwik Wonen en Slapen NK Jeugdveldrijden vorm had gegeven. Op twee verschillende parcoursen - waarop technische skills werden gevraagd, maar je ook over power moest beschikken - wisten dertien jeugdrenners en vier ID-coureurs naar het rood-wit-blauw te snellen. De organisatie kon na afloop terugkijken op een geslaagde evenement, dat ook wel naar meer smaakte.
Toen de KNWU er aanvankelijk niet in slaagde een organisator te vinden voor dit kampioenschap, nam dat bij AWV De Zwaluwen de laatste twijfel weg. Daar dacht men er al langer over na om een kampioenschap voor de jeugd te gaan organiseren. Iets wat men ook al drie keer eerder deed. Het bleek een beslissing die uiteindelijk alleen maar winnaars kende. De renners kregen op het Almelose clubparcours van De Sumpel een gevarieerd parcours voorgeschoteld waarop ze de nodige hellinkjes op en af reden, lastige bochten moesten nemen, door een zandbak moesten snellen, maar ook de gaskraan vol open konden zetten om op de rechte stukken om één ander recht te zetten. Het leverde vertrouwde maar ook nieuwe kampioenen op, die hun prijzen uitgereikt kregen door onder anderen oud-wereldkampioen veldrijden bij de profs Hennie Stamsnijder, UCI-renster Ilse Pluimers en Wouter Bos, de voorzitter van de KNWU. 'Die noemde de jeugd 'de kurk waarop de topsport van de wielerbond drijft' en dankte De Zwaluwen voor een geslaagde dag.
‘’We wisten dat we met al onze organisatie-ervaring dit kampioenschap aan moesten kunnen, ook al komen er ook weer onbekende dingen kijken bij zo'n NK’’
Clubparcours optimaal benut
Het grote voordeel voor de organiserende vereniging AWV De Zwaluwen was dat men al decennia lang de beschikking heeft over een clubparcours: De Sumpel. Waar je in de openbare ruimte beperkt de tijd hebt om een parcours op- en af te bouwen, kon men daar in Almelo wat langer de tijd voor nemen. Waardoor men de puntjes nog wat meer op de i kon zetten en het parcours professioneel oogde met veel spandoeken van sponsors – hoofdsponsors Harrie en Gerben Lõwik reden zelf ooit voor de club en hun bedrijf steunt De Zwaluwen al veertig jaar - netten en linten. Waar je ook keek op het parcours waren de stroken zand en gras gebruikt om te integreren in de twee verschillende parcoursen, die voor de renners van 8 tot en met 14 jaar waren neergelegd en voor de ID-renners. En dan waren er nog de bulten die er altijd voor de mountainbikers liggen en de verharde stroken uit het reguliere wegparcours. Maar er werden bovenal heel veel uren ingestoken. Bij jeugdtrainingen werden de aanwezige ouders de afgelopen weken regelmatig gevraagd de handen uit de mouwen te steken in de anderhalf uur dat hun kind een training afwerkte. Zo kostten de werkzaamheden hun geen extra tijd, maar werden de manuren van twintig personen dankbaar benut. Onder het motto: ‘anders sta je toch maar in de kou’.
‘Smaakt naar meer’
Michiel ter Weel keek namens de organisatie zaterdagnamiddag terug op een geslaagd evenement. ''De vraag dit NK te organiseren is in september bij ons gekomen. De week daarvoor hadden we het er met een groep trainers over gehad dat er nog geen organisator was. Prompt een week later kwam het verzoek. We hebben als jeugd- en wedstrijdcommissie de koppen bij elkaar gestoken en geconcludeerd dat we nu een groep vrijwilligers hebben die zo’n NK aankan. We vinden het leuk om te doen en hebben als vereniging ook organisatiekracht. We wisten dat we met al onze organisatie-ervaring dit kampioenschap aan moesten kunnen, ook al komen er ook weer onbekende dingen kijken bij zo'n NK. Maar we tekenen per jaar voor circa zeventien wedstrijden, dat zijn trainingswedstrijden, criteriums en een landelijke veldrit. De opstartproblemen zaten voornamelijk in het wegkrijgen van het water. Het enige spannende op de dag zelf vond ik ons drukke wedstrijdprogramma. Maar omdat er eigenlijk geen calamiteiten waren, hebben we tot de laatste wedstrijd iedereen precies op tijd kunnen laten starten. Dit NK smaakt voor ons nadrukkelijk naar meer. Maar hoe en op welke manier we daar vorm aan gaan geven? Daar denken we - na het afbreken van het parcours - eens rustig over na.''