Pauliena Rooijakkers stond als winnaar op het podium van de UCI Gravel World Series in Houffalize eind augustus alsof ze al jaren deze nieuwe tak van de wielersport beoefend. Toch was het pas de tweede wedstrijd voor de Brabantse die ook als wegrenster en in het strandracen aan de weg timmert. Wel is ze de afgelopen tijd zeer enthousiast geworden over deze almaar populair wordende discipline en ze is zeker een kandidate voor de Nederlandse titel in Banholt op zaterdag 9 september.
Zeker aan het einde van het seizoen houdt het je ook mentaal fris om wat anders erbij te doen
Rooijakkers heeft de smaak te pakken, nadat ze in de zomer voor het eerst een wedstrijd reed in Drenthe. ‘’Binnen mijn team Canyon-Sram is er ruimte om te gravelen, onze fietsensponsor is eigenlijk blij dat ik hen ook zichtbaarheid geef in deze discipline. Wat mij direct wel greep is dat het avontuurlijk is, voornamelijk offroad natuurlijk en de sfeer is anders, relaxed. Het zijn best lange wedstrijden vaak, waarbij het op inhoud aankomt. Na de Giro d’Italia voor vrouwen had ik ruimte in mijn koerskalender op de weg en toen besloot ik meer gravelwedstrijden te rijden. Voor Canyon is dat een belangrijke nieuwe groeimarkt, dus het mes snijdt aan twee kanten. Voor mij is de combinatie heel afwisselend, ik blijf ook zeker doelen op de weg houden.’’
Goed te combineren
Hoewel tactiek in deze tak van de wielersport minder belangrijk lijkt, is het volgens Rooijakkers wel zo dat je goed bij de les moet zijn. ‘’Je moet vooral je positie goed vasthouden, want iedereen wil van voren de zware stroken opdraaien. En je moet wel goed indelen, want je zit snel 3,5 – 4 uur constant te geven op je fiets. Daarom past de sport denk ik ook wel bij wegwielrennen, waar bijvoorbeeld een veldrit juist vooral kort en explosief is. Ik ben duidelijk niet de enige die de combinatie van weg en gravel goed bevalt. We zagen natuurlijk Marianne Vos al op gravel rijden en ook Wout van Aert is nu gegrepen door deze sport. Zeker aan het einde van het seizoen houdt het je ook mentaal fris om wat anders erbij te doen.’’
"Ik ontdek nu ook bij mij in de regio plots wegen die je op je wegfiets nooit in zou slaan"
Direct gas geven
Het NK gravel in Banholt is een wedstrijd waar ze naar toewerkt, net zoals ze later dit seizoen het EK en WK rood omcirkeld heeft in haar koersagenda. ‘’De afstand van dit NK is voor ons vrij kort met zestig kilometer, we rijden ronden met daarin steeds twee beklimmingen. Je kunt op dit NK eigenlijk vanaf het begin gas geven omdat je geen uren op de fiets zit. Ik hoop uiteraard na mijn prestatie in Houffalize om de titel mee te strijden. Een aantal wegrensters ontbreekt omdat de wedstrijd samenvalt met de Simac Ladies Tour, maar ik verwacht van bijvoorbeeld specialiste Tessa Neefjes wel tegenstand. Echt ploegenspel is er eigenlijk nog niet in deze sport, het zal ieder voor zich zijn.’’
Gravelen als verrijking
De populariteit van het gravelen verbaast haar niet. De tak van de wielersport voegt volgens Rooijakkers echt iets toe. ‘’De sfeer spreekt aan, het wordt door veel mensen als iets avontuurlijker gezien. Iedereen kan bovendien aan dezelfde wedstrijd meedoen, ongeacht je leeftijd of ervaring en je kunt met of zonder licentie rijden. Ook is het een ontdekkingstocht welke fiets en welke banden je kiest. Je hebt veel verschillende soorten ondergrond. In Drenthe was het vooral rijden op zand, in Houffalize lagen weer meer stenen. En ik ontdek nu ook bij mij in de regio plots wegen die je op je wegfiets nooit in zou slaan. Wat dat betreft is gravelen echt een verrijking, ook voor iemand die al veel op de fiets zit. Ik ben nu eenmaal echt een competitiedier. Ik ga zeker deze winter ook weer op het strand rijden, iets waar ik vorig seizoen door een blessure niet zo aan toe kwam. Ik mag gewoon graag koersen op verschillende ondergronden en fietsen. De afwisseling maakt het juist leuk.’’