Rudi van Houts (35) was meer dan tien jaar lang een zeer verdienstelijk mountainbiker. Na de Olympische Spelen van 2016 hing hij zijn fiets aan de wilgen. Hij vertelt over zijn nieuwe leven, zijn ervaringen op het grootste sportevenement ter wereld en de hoogte- en dieptepunten uit zijn carrière.
Van Houts heeft net een dag van vergaderingen achter de rug als we uitgebreid met hem spreken. De Brabander hoeft zich sinds 2017 niet meer te bekommeren om trainingsschema’s, maar om de logistiek van het kozijnen- en deurenbedrijf Belisol, dat in het verleden sponsor was van het huidige Lotto Soudal. ''Ik heb een opleiding Bouwkunde afgerond voordat ik prof werd'', vertelt Van Houts. ''Die studie helpt me bij mijn huidige baan. Dirk Bellemakers is de eigenaar. Hij is jarenlang profwielrenner geweest en heeft na zijn loopbaan Belisol Eindhoven overgenomen.''
Van Houts kent Bellemakers al van jonge leeftijd. Iets meer dan een jaar geleden krijgt hij een belletje met de vraag om eens langs te komen en van het één kwam het ander. ''Dirk is ongeveer even oud als ik en we hebben bij elkaar op de basisschool gezeten in Luyksgestel. Zodoende belde hij me om te vragen of ik interesse had eens bij hem op het bedrijf te kijken. Ik werkte toen net een jaar in een fietsenwinkel, maar dat was het net niet voor me. Bij Belisol ben ik verantwoordelijk voor de planning. Ik maak het rooster waar de monteurs aan de slag moeten en zorg ervoor dat alles soepel verloopt.''
Als Van Houts stopt met mountainbiken, is het in eerste instantie de bedoeling om actief te blijven in de wielerwereld. Af en toe geeft hij nog wel een clinic en elke zondag pakt hij zijn mountainbike of racefiets, maar daar blijft het wel bij. ''Het jaar dat ik in de fietsenzaak werkte, stelde ik mezelf nog doelen en heb ik onder meer twee kwarttriatlons en een halve marathon meegedaan. Afbouwen heb ik op eigen houtje gedaan, want daar zijn eigenlijk geen regels voor. Het is een kwestie van gevoel en de juiste manier is voor iedereen anders. Hoewel het een grote omschakeling is om na een leven fietsen een ander leven op te bouwen, brengt het ook voordelen met zich mee. Ik heb het er nog weleens moeilijk mee, maar langzaamaan krijg ik meer balans in mijn leven.''
''Als je ergens goed in bent, dan krijg je er automatisch meer plezier in.''
BMX-club
Waar veel wielrenners in hun prille jeugd eerst kiezen voor de bal, is Van Houts vanaf zijn vijfde al gegrepen door de fiets. Dan nog niet als mountainbiker, maar als BMX'er. De stap naar de sport voor snelheidsduivels is klein in Van Houts' woonplaats Luyksgestel, waar een BMX-club gevestigd is. ''Daar komen veel topsporters uit voort, want zo zijn Harrie Lavreysen en Joris Harmsen doorgestoten via die club. Mooi om te zien. Zelf ging ik met een paar vrienden naar die club en was direct overstag. De actie en het verleggen van je grenzen spraken me onwijs aan. Het is een hele uitdagende sport.''
De ouders van Van Houts staan vanaf het begin honderd procent achter de keuze van hun zoon om te gaan BMX’en. ''Mijn broers kozen op een gegeven moment ook voor de sport en zo werd het een gezinsuitje. Elke zondag gingen we in de zomer naar een BMX-wedstrijd. Mijn ouders waren niet bang dat we zouden vallen. Ze zeiden: 'Als je valt, dan moet je opstaan en weer doorgaan.' Gelukkig heb ik weinig blessures gehad als BMX'er. Ik reed afdalingskampioenschappen, maar deed ook mee aan nationale kampioenschappen. Op nationaal niveau was ik middenmoot. Ik plaatste me meestal wel voor de A-finale, maar was daarin geen podiumkandidaat. Ik ben niet explosief gebouwd en dan kom je simpelweg te kort als BMX’er. Vandaar dat ik uiteindelijk bij een duursport terecht ben gekomen.''
Als eerstejaars junior neemt Van Houts tijdens de winterstop van het BMX'en samen met zijn vader deel aan enkele toertochten op de mountainbike. In 2001 gaat Van Houts op een officiële licentie mountainbike. Waar hij als blok viel voor de BMX, gebeurt hetzelfde met de mountainbike. Niet in de laatste plaats omdat Van Houts over net iets meer talent beschikt dan andere renners van zijn generatie. ''Als je ergens goed in bent, dan krijg je er automatisch meer plezier in. De overstap van de BMX naar mountainbike verliep vloeiend en na een paar wedstrijden kreeg ik al in de gaten dat ik een goede mountainbiker zou kunnen worden. Zeker op mijn terrein: het klimwerk. Of mijn dagelijkse leven veranderde door mijn keuze? Ik moest vooral meer gaan trainen en ging gerichter werken.''
Jakob Fuglsang
Al snel na zijn overstap wordt Van Houts opgenomen in de nationale selectie en mag hij naar het wereldkampioenschap in Colorado (2001). Het maakt indruk op Van Houts. Eremetaal zit er in de Verenigde Staten nog niet in, maar vooral zijn prestaties in 2005 openen deuren in het profcircuit. Met een welverdiende gouden plak op het Europees kampioenschap voor beloften in het Belgische Kluisbergen vestigt hij zijn naam. Van Houts staat er op het podium met Jakob Fuglsang en Yuri Trofimov, die later beiden een mooie wegcarrière hebben uitgebouwd.
''Eerder dat jaar brak ik mijn sleutelbeen, waardoor ik me nog niet echt had laten zien dat seizoen. Ik kende echter een uitstekende voorbereiding op het Europees kampioenschap. Het was dat jaar absoluut een hoofddoel van me. Ik had hoge verwachtingen en voelde de topvorm komen. Voor de wedstrijd werd er nog een relay van een rondje gereden en daar werd mijn gevoel bevestigd. Ik reed dezelfde rondetijd als de eliterenners. Voor de buitenwacht kwam mijn topvorm onverwachts, maar die dag viel werkelijk alles op zijn plek en kon ik grote namen verslaan. Naast Fuglsang en Trofimov deed ook Nino Schurter mee.''
''Fuglsang wist ik als laatste te lossen, iets wat weinig renners me op dit moment zullen nadoen.''
De koers draait uit op een afvalrace. De start verloopt voorspoedig voor Van Houts en de goede vorm betaalt zich uit in scherpte. Overal waar hij vooraan moet zitten, daar zit hij vooraan. ''Ik reed een hele tijd met twee of drie man, waaronder Fuglsang. We werkten goed samen, maar tegen het einde wilde ik ze lossen, want ik wist dat ik niet op mijn sprint kon vertrouwen. Ik deed er dan ook alles aan om solo aan te komen en dat lukte gelukkig. Fuglsang wist ik als laatste te lossen, iets wat weinig renners me op dit moment zullen nadoen.''
Voor Van Houts is zijn prestatie in Kluisbergen een lot uit de loterij. Hij rijdt zich dan al in de kijker van het internationale mountainbiketeam van fietsenmerk Merida, waar hij vanaf 2009 tot en met 2015 ook daadwerkelijk voor uitkomt. ''Er waren veel supporters van me aanwezig in België en dat motiveerde me extra om een goede prestatie neer te zetten. Na het EK werd de belangstelling alsmaar groter. Mijn broer had een supportersclub opgezet en dat werd steeds fanatieker. Er gingen meer mensen voor mij mee naar de grote kampioenschappen. Bovendien werd ik gehuldigd in ons dorp, wat allemaal supermooi was om mee te maken. Het is en blijft een van de hoogtepunten uit mijn loopbaan.''
Moment suprême
Na zijn succesvolle belofteperiode groeit Van Houts in het vervolg van zijn loopbaan tot een subtopper bij de elite. Hij neemt zes keer deel aan de heroïsche Cape Epic en boekt daar de nodige etappezeges, wordt twee keer nationaal kampioen mountainbike, eindigt eens als vijfde op het Europees kampioenschap en neemt deel aan drie edities van de Olympische Spelen. Deelnames aan het grootste sportevenement ter wereld tellen, maar de prestaties zijn minder op het moment suprême. ''Op Peking en Londen kijk ik toch goed terug. Voor Peking plaatste ik me in extremis, dus was alles al mooi meegenomen. In Londen lag het niveau dicht bij elkaar, maar maakte ik een technisch foutje. Ze noemen het pech, maar waarschijnlijk reed ik al op mijn limiet. Ik moest genoegen nemen met een zeventiende plaats, mijn beste notering op de Olympische Spelen.''
Bij Rio blijft Van Houts een zure nasmaak houden. Het doel vooraf is top acht, maar door vroege pech zit hij nooit lekker in de wedstrijd en is maandenlange voorbereiding plotsklaps weinig meer waard. ''Top acht op de Olympische Spelen van 2016 was realistisch geweest, maar dan had alles goed moeten vallen. Ik ben niet in de buurt gekomen en dat was ontzettend balen. Zeker omdat ik vooraf zo'n goed gevoel had. Het weer sloeg net voor de wedstrijd om en ik reed vervolgens vroeg in de wedstrijd lek. Ik heb niet echt fouten gemaakt, maar koos net de verkeerde lijn. Zuur, maar er valt weinig meer aan te veranderen.''
''Ik heb alles moeten uitpluizen om mijn gelijk te krijgen.''
Hoewel de Olympische Spelen in Rio de Janeiro voor wisselende gevoelens zorgen, probeert Van Houts onder de streep vooral de positieve ervaringen te onthouden. ''Ik kan voor altijd zeggen dat ik drie Olympische Spelen heb meegemaakt. Ik heb er ook mooie herinneringen aan, want je hebt echt het gevoel dat het de sport overstijgt. Het enige nadeel was dat mountainbike in het laatste weekend werd georganiseerd, dus ik had niet de bonus om andere sporten te bekijken. Maar als je door het Olympisch dorp loopt, dan merk je wel hoe groot het is. Dan zie je ineens Usain Bolt langslopen. Nee, een praatje zat er niet in. Het is voornamelijk bij contact tussen andere Nederlandse sporters gebleven, want daarmee zit je in eenzelfde huis. Die mooie herinneringen draag ik voor altijd met me mee.''
Een herinnering die Van Houts ook voor altijd met zich meedraagt is van minder leuke aard. Eind 2010 wordt hij betrapt op het gebruik van Clenbuterol. Op moment van de controle is de mountainbiker net terug uit Mexico en Van Houts vermoedt direct dat hij vervuild vlees heeft gegeten. Na een lange en donkere periode wordt hij uiteindelijk vrijgesproken. ''Daar heb ik superhard voor gevochten in een wereldje dat ik niet ken. Dat van advocaten en rechtszaken. Ik heb alles moeten uitpluizen om mijn gelijk te krijgen. Nu ik erop terugkijk denk ik tegelijkertijd: ik heb voor hete vuren gestaan en het heeft me ergens ook gevormd. Het heeft me zeker sterker gemaakt. Het was een moeilijke periode en ik had het liever niet meegemaakt, maar ook hier probeer ik het positieve uit te halen. Ik was tijdens die zaak strijdlustig en heb nooit overwogen te stoppen.''
Mathieu van der Poel
Wel heeft Van Houts serieus overwogen om net als onder andere Fuglsang de overstap naar een andere discipline te maken. Het wegwielrennen lonkt, maar Van Houts besluit de stap niet te zetten. ''De weg ging me ook best goed af, zeker wat betreft klimwerk. Maar het was een te grote gok om een stap terug te doen, want ik had niet de zekerheid dat het zou lukken. In mijn jonge jaren was het door alle schandalen bovendien niet makkelijk om door te breken op de weg. Ik ben dan ook blij dat ik in het mountainbiken ben gebleven, omdat ik daar zoveel mooie ervaringen heb opgedaan. Ik reed met wereldklasse renners bij Merida. De sfeer was daar zo goed. Echt fantastische jaren.''
Bovendien kan Van Houts meer dan tien jaar lang een goede boterham eten van zijn prestaties op de mountainbike. Het is geen vetpot, maar er valt prima van te leven. ''In de tijd van Bart Brentjens was mountainbike populairder in Nederland en dat zal nu weer terugkomen met Mathieu van der Poel. De populariteit van de sport is ook afhankelijk van de toppers uit Nederland. Op wereldniveau behoorde ik tot de subtop, maar daarmee trek je geen belangstelling.'' Dat doet Van der Poel wel. Net als elke Nederlandse wielerfan kijkt Van Houts met open mond naar de prestaties van de alleskunner op mountainbike, wegfiets en crossfiets. ''Hij is uniek. Hij heeft zoveel talent, maar blijft tegelijkertijd zo normaal. Hij geeft een boost aan alle disciplines in het Nederlandse wielrennen. Ik heb hem ook weleens gesproken over BMX’en en dat schijnt hij ook te kunnen. Hij is heel handig en op de BMX kan hij ook allerlei trucjes.''
Het voorbije jaar moest Van der Poel op de mountainbike nog zijn meerdere erkennen in wereldkampioen Nino Schurter, die is uitgegroeid tot een icoon van de sport. Van Houts denkt dat Van der Poel dit jaar echter dichter bij de Zwitser gaat komen. ''Mathieu is lichamelijk en qua inhoud sterker. Als hij de ervaring en technische bagage erbij krijgt, dan zal het moeilijk worden voor Schurter om Mathieu te kloppen. Ik had ook graag zoveel talent gehad als Van der Poel, haha. Maar ik was dan geen absolute wereldtop, al met al kijk ik met een tevreden gevoel terug op mijn carrière.''