Als bondscoach Gravel van de KNWU heeft Laurens ten Dam geen vergelijkbare rol als bijvoorbeeld zijn collega’s Gerben de Knegt en Koos Moerenhout. De oud-wegprof, die nog altijd zelf veelvuldig in gravelwedstrijden actief is, constateert namelijk dat zijn rol er bij aanvang van het WK van komend weekeinde al grotendeels op zit.
‘’Als iedereen is ingeschreven, de kleding heeft gekregen en de gezamenlijke verkenning en bespreking heeft meegemaakt, is het aan hen om voor een mooi resultaat te gaan.’’
Vooraf was Ten Dam er maar wat druk mee. "Ik maak in tegenstelling tot andere bondscoaches niet echt een selectie, ik heb wel enkele wildcards tot mijn beschikking en verder kunnen Nederlandse sporters zich zelf plaatsten via de World Gravel Series. Er hebben zich ongeveer zeventig Nederlanders gekwalificeerd voor dit WK. Dat betekent dat ze allemaal moeten worden ingeschreven en er coördinatie rondom de koerskleding moet plaatsvinden. En we hebben zelfs een renster die zich met een daglicentie plaatste, die voor deelname aan dit WK nog een andere licentie moest nemen.’’ Maar daar blijft het niet bij. ‘’Ik heb voor donderdag een verkenning gepland met een BBQ, waarbij we uiteraard inzetten op een gezonde sportmaaltijd. Daar kunnen de Nederlanders elkaar leren kennen en hoop ik dat groepsgevoel te creëren waardoor ze elkaar op dit WK in ieder geval niet in de weg rijden en er hopelijk een Nederlander wint. En ik heb een shuttledienst naar start en finish opgezet met allemaal mensen die ons daarin steunen. Dus we komen goed beslagen ten ijs.”
Wielersterren uit andere disciplines
Het komende WK heeft behalve al die specialisten op deze discipline ook veel sterren uit andere wielertakken aan de start staan. Mathieu van der Poel, Puck Pieterse en Lorena Wiebes om er maar een paar te noemen. Volgens Ten Dam is dat voor de sport alleen maar goed. “Vooral in de Amerikaanse hoek – waar het gravelen natuurlijk vandaan komt – werd en wordt er wel eens met scheve gezichten gekeken naar succesvolle wielrenners van de weg die mee komen doen. Maar ik heb dat nooit zo begrepen. Je wilt toch de beste sporters uit het wielrennen aan het vertrek hebben, dat zorgt alleen maar voor een hoger niveau op termijn? En het geeft de sport meer aanzien en publiciteit. Die jongens en meiden hebben ook ooit de wielersport ontdekt, dat leuk gevonden en gemerkt dat ze er goed in waren. En maken dat ook waar in de gravelwedstrijden. Als je ze wilt verslaan, moet je van goeden huize komen.’’
"Deze sport biedt iedereen wat wils wat mij betreft"
Ambassadeur door enthousiasme
Ten Dam is zelf ook nog zeer actief als gravelrijder. En is ambassadeur van deze wielerdiscipline geworden door zijn enthousiasme. “Fietsen geeft natuurlijk een gevoel van vrijheid, je kunt als amateur een kort rondje maken, terwijl een ander zijn of haar profambites wil waarmaken. Gravel vind ik daarin nog wel een overtreffende trap. Die discipline brengt je op plekken waar je nooit kwam, dat gebeurde zelfs mij ondanks zeer veel trainingsuren in mijn eigen Noord-Holland. Je rijdt echt op de ongebaande paden. En de sport is heel divers. Je kunt over zand rijden, over grind of over rotsachtig terrein. Je kunt in het vlakke Nederland over een achterafweggetje rijden of de Mont Ventoux beklimmen over een onverharde weg. Deze sport biedt iedereen wat wils wat mij betreft. Bovendien hangt er een mooie, gemoedelijke sfeer omheen. Dat wil ik ook nastreven in mijn rol als bondscoach, dat je straks als geplaatste amateur gewoon gaat rijden met Mathieu van der Poel of Puck Pieterse in hetzelfde shirt en over hetzelfde parcours. En misschien zelfs wel samen je ervaringen deelt. Als ze straks op het WK vertrokken zijn, dan zit mijn rol als coach er grotendeels op. Dan hoop ik dat ze er met mij een mooie koers van maken. En genieten, want dat hoort er ook bij.”
